Geschreven door Dyami Millarson
Velen hebben taalsterfte opgemerkt en het verdwijnen van bepaalde talen voorspeld. Echter, wij geloofden er niet in om het zo van de buitenkant te observeren. Naar onze mening zou het alleen leiden tot de conclusie ‘onvermijdelijk uitsterven’, wat ons niet veel verder zou brengen, maar wij wouden juist een oplossing vinden. We wouden niet alleen het probleem vaststellen, maar een oplossing aanbieden. We zijn daarom de taal in gedoken en hebben ons helemaal verdiept in de materie. Elke taal heeft een eigen verhaal dat verteld dient te worden en de oplossing dient te kloppen met dit eigen verhaal. Oplossingen kunnen universeel toepasbaar zijn, maar ze moeten wel eigenschappen krijgen die het unieke karakter van de taal weerspiegelen; een oplossing met eigenschappen van de taal is een werkelijke oplossing.
Het eigen maken van het verhaal van de taal doet men door de taal zelf te leren. Wij traden de koninkrijken der talen binnen met onze bereidwilligheid om de talen vloeiend te leren spreken en schrijven. Je kunt een koninkrijk niet echt kennen wanneer je het maar van buiten beschrijft, je moet naar binnen durven te treden. Dit beduidde dat volledige integratie door middel van het leren van de taal de eerste stap voor ons onderzoek was. Wij beseffen ons dat dit tegen de stroom in gaat, want men is in de wetenschap er niet algemeen van overtuigd dat men een taal goed eigen moet maken om degelijk onderzoek te doen. Wij menen dat deze houding een stagnerende werking gehad heeft en de wetenschap niet in staat gesteld heeft algemene oplossingen voor stervende talen noch op de individuele stervende taal afgestemde oplossingen aan te bieden.
Een bloedende patiënt heeft er niet veel aan als de dokter zegt, ‘Je sterft!’. De dokter moet kijken of er nog wat te doen valt en hij moet niet bang zijn om adequate actie te ondernemen. Dit is wat van de dokter verwacht wordt. Wat is immers een dokter die bang is vuil te worden met het bloed van een patiënt? Wij kijken om ons heen en wij zien een heleboel talen die behoevende patiënten zijn. On als heelmeester voor een taal op te treden moet men zich op de mens richten. Wij hebben een sociale aanpak. Dit is de tweede stap in ons onderzoek. De Chinese filosofie ziet de mens als centraal. Dit hebben wij in 2017 meer onderzocht door in Hongkong, Taiwan en vasteland China te reizen. De oude mensgerichte filosofie van de Chinezen biedt een volgende praktische stap in ons onderzoek- en denkproces; voor ons is de mens waar het eigenlijk om gaat met iedere stervende taal.
Door onze deelname aan het sociale verkeer staan wij open voor kritiek. Dit is ook vanuit de oosterse filosofie bezien heel belangrijk; men dient zich nederig op te stellen tegenover zijn meerderen. Door de vloeiende sprekers te respecteren bouwen wij onze taalkennis op en uit. Vooral voor het behoud van een taal behoort een taal als sociaal-emotioneel fenomeen benaderd te worden. Zowel het sociale als het emotionele aspect komen hierin samen. De Chinese filosofie van vroeger was vooral gericht op het in stand houden van aloude zeden en gebruiken. Dit doet men door sociale (be)oefening en sociaal respect. Een taal dient sociaal beoefend te worden en niet alleen aanschouwd te worden en het dient beoefend te worden met respect voor de ouderen die het nog vloeiend spreken. Men dient hen als voorbeeld te nemen en vlijtig van hen te leren voor de overdracht. Dit leidt tot sociaal-emotioneel evenwicht tussen voorgeslacht en nageslacht. Over en weer ontstaat er een diepe band, een goede verstandhouding, door wederkerig begrip.
Er is een metafysisch aspect verbonden aan het in stand houden van de taal. Terwijl de Chinese filosofie zich richt op het in stand houden, houdt zij zich bezig met de authenticiteit van de levende traditie. Wij noemen het metafysisch aspect waar wij met het taalbehoud op richten de taalgeest. Dit is mijn eigen filosofisch concept dat ik als belangrijk acht voor het in leven houden. van een taal; je maakt een taal niet levend als je de taalgeest niet koestert. De echtheid van de taal die gebezigd wordt is afhankelijk van de taalgeest. Men dient zich open op te stellen tegenover de taalgeest. Hier had ik het zojuist over met de nederigheid oftewel ootmoed die aanbevolen wordt vanuit de oosterse filosofie. Dit maakt men waar door goed te luisteren naar de oudsten der laatste sprekers en gewillig hun taalgebruik na te bootsen tot in de kleinste finessen. Men leert nimmer de fijne kneepjes van een vak als men geen oog heeft voor wat zijn zeer ervaren voorgangers plachten te doen.
Wij zijn democratisch in de zin dat wij open staan voor alle bijdragen van de gemeenschap zelve voor het onderzoek. Wij nemen hun kritiek ter harte en verbeteren onze taalbeheersing zonodig om er echt bij te kunnen horen. Door dit pad te belopen worden wij echt in de taal ondergedompeld. Het is geen zelfkastijding, maar een uitdagend avontuur. Lichamelijke oefening kan soms een beetje pijn doen, maar het is ook geen loutere zelfkastijding; lichamelijke oefening versterkt het lichaam, en zo verbreedt geestelijke oefening de geest. Zelfverbetering is een edel doel, en de Chinese filosofie zag dit zelfs als de hogere levensopdracht voor de mens; hij diende zijn karakter te verbeteren door te leren en zich te bekwamem in de kunsten (wetenschap en kunst als eenheid gezien).
De derde stap van ons onderzoek is te kijken naar de sociale kringen waarin de taal traditioneel gebezigd wordt en te bevorderen dat deze weer in al deze kringen en allicht ook nieuwe gebezigd wordt. Wij zien het verband tussen taalverlies en de beperking van de sociale sfeer; een taal verliest al maar grond wanneer het telkens een sociaal domein verliest. Zo een domein kan school, gemeentelijk bestuur, werkvloer, enz. zijn. Wanneer de taal op steeds minder plekken gebruikt wordt is dit een teken aan de wand. Tegen de sociale verenging dient wat ondernomen te worden. Een stervende taal raakt sociaal verengd en dit is langzamerhand ook wat er met het Nederlands aan het gebeuren is; handel en wetenschap worden in steeds hogere mate in het Engels bedreven waardoor het Nederlands op de achtergrond terechtkomt, en dit leidt tot de sociale verenging van het Nederlands, waardoor het ook steeds meer in een lager aanzien zal komen te staan bij de mensen.
Iedere taal kan voor handel en wetenschap gebruikt worden bijvoorbeeld. Elke taal draagt wel een historische eigenheid in zich door unieke omstandigheden, zoals het feit dat het Hindeloopers een Zuiderzeehandelstaal is doordat de Hindeloopers voeren op de Zuiderzee voor de handel. Dit blijft een taal met zich meedragen waardoor wel een uniek perspectief ontstaat. Elk menselijk individu heeft zijn eigen perspectief – voor het meerendeel onbewust – ontwikkeld door zijn levenservaringen in het verleden; zo is het ook met talen die door hele generaties van historische sprekers gevormd zijn. De Hindelooper Zuiderzeehandelaren hebben zeker grote invloed op de taal gehad en door de nauwe verbintenis tussen Zuiderzeehandel en het Hindeloopers spreken we van een Zuiderzeehandelstaal of kortweg een handelstaal. Echter, dit neemt niet weg dat het Hindeloopers voor wetenschap gebruikt kan worden of dat andere talen voor handel gebruikt kunnen worden. In iedere taal kan men zaken doen en in iedere taal kan men wetenschap bedrijven en men kan zich bedienen van iedere taal die hij maar wil voor het internetverkeer want het internet is vrij, maar men moet er wel zelf in geloven om zijn taal voor al deze sferen van het menselijk bestaan daadwerkelijk te gebruiken. Iedere taal is gelijk in zijn potentie, maar die potentie moet niet verhinderd om wat voor reden dan ook. Wij willen van iedere taal die wij geleerd hebben een internettaal, zakentaal en wetenschapstaal maken.
Elke taal is gelijk en uniek: Elke taal is gelijk in de zin van de potentie die het heeft omdat er vrijwel geen limiet is aan de menselijke creativiteit en vindingrijkheid, terwijl elke taal uniek is in de zin van dat het een eigen cultuurgeschiedenis achterliggend heeft. Elke taal neemt haar cultuurhistorische baggage van haar fysieke omgeving mee, vandaar is het Schiermonnikoogs een Waddennatuurtaal, het Hindeloopers een Zuiderzeehandelstaal en het Oosterschellings een Waddeneilandwerktaal. Zonder de culturele geschiedenis opzij te gooien kan ieder van deze talen gebruikt worden als moderne wetenschapstaal en internettaal. Dat bewijzen wij met ons blog. Het is voor taalbehoud zeer belangrijk om minderheidstalen te verheffen door ze op gelijk niveau te gebruiken met andere talen; talen moeten meekomen met de tijd want er zit een kern van waarheid in de vrees dat de taal anders haar relevantie verliest. Wereldtalen doen wel niet aan een wapenwedloop, maar wel aan een domeinenwedloop; zij breiden zich steeds verder uit naar nieuwe domeinen en kleine talen moeten proberen dit patroon zoveel mogelijk te volgen en zelf ook indien mogelijk innovatief proberen te zijn. Derhalve schrijven wij over ons onderzoek en onze nieuwe bevindingen in de talen zelf en wij doen mee aan het sociale leven op internet door in de talen zelf te schrijven. Deelnemen aan het wetenschaps- en internetverkeer door in de talen zelf te schrijven is van groot belang.
Wij zijn niet alleen gericht geweest op het worden van een deelgenoot of lid van de gemeenschap door haar taal te leren, maar wij zijn ook gericht geweest op hoe wij aan de menselijke wereld kunnen bijdragen door de talen voor de sociale sferen van wetenschap en internet te gebruiken. Bij het uitsterven van talen is het een misvatting dat het alleen maar gaat om de economische waarde van de taal zelf. Taal is meer dan taal alleen; het is cultuur en nog veel meer dat moeilijk onder woorden te brengen is. Taal is op zich al een mysterie, en dit taalmysterie, waaraan de mens zich hecht voor zijn complexe identiteit, dreigt men te verliezen bij taalsterfte. Het ongrijpbare mysterie waarop de gehele taal en cultuur berust is niet op economische waarde te schatten, evenals het sociaal-emotionele aspect van het menselijk bestaan niet op geldelijke waarde te schatten is. Dit neemt niet weg dat iedere taal, net als ieder mens, geld opleveren kan. In de beschaafde landen investeert men in de mens wetende dat hij later geld opleveren zal. De ontwikkeling van de mens is op den duur geld waard. Dit inzicht wat betreft de potentie van de individuele mens vergt langetermijndenkvermogen oftewel visie.
Zoals wij in 2018 opgemerkt hebben aan de hand van ons onderzoek is het bij talen zo dat het grootste gevaar zit in het verlies van vloeiendheid (d.w.z. taalvaardigheid, taalbeheersing). Dezelfde oplossingen die geldig zijn voor het Oosterschellings, Schiermonnikoogs en Hindeloopers zijn ook toepasbaar voor het Nederlands in de toekomst, met name als het meer en meer een ouderentaal geworden is. Wij kwamen erachter dat het verhaal omtrent het behoud van de taal een argumentenstrijd is; dezelfde altruïstische argumenten die aangevoerd kunnen worden voor voorgenoemde kleine talen kunnen ook voor het Nederlands aangevoerd worden. Wij kwamen mettertijd steeds meer tot het inzicht dat wat geldt voor het Oosterschellings, enz. ook geldt voor het Nederlands en Landfries waar wij ons sinds 2016 over ontfermd hebben. Er zijn filosofische dwarsverbanden tussen de talen; het gevaar van taalverlies verenigt hen in de zin dat al dezelfde altruïstische argumenten beginnen te gelden zodra een taal enigszins in gevaar komt. Eveneens hebben wij de meerwaarde van kleine talen opgemerkt in de zin van dat zij het voorland zijn; het is een waarschuwing voor wat er nog meer gaat komen. Daarom vinden wij het zeer belangrijke om alle talen op Nederlandse bodem goed te sturen, het zegt namelijk wat over welke kant het Nederlands op gaat. Wij zien de talen in Nederland als een netwerk dat zo nauw met elkaar verbonden is dat zodra je een schakel eruit haalt dit schokgolven teweegbrengt voor de andere schakels. Het is een spanningsveld dat heel vernuftig in elkaar steekt en je kunt niet zomaar schakels eruit nemen zonder grote gevolgen op termijn.
Het verlies van vloeiendheid in de taal wordt tegengegaan door de taal weer in alle sferen van het menselijk bestaan te laten doordringen waar het vroeger ook de voertaal was. Een taal mag zijn functie als gelijkwaardige entiteit met andere talen niet verliezen, anders wordt het nauwe evenwicht doorbroken wat leidt tot de taalsterfte die wij nu waarnemen. Dit houdt concreet in het tegengaan van verenging door betrekking van alle sociale kringen waar het traditioneel gesproken wordt en ook het oog te richten op nieuwe horizonten. Zoveel mogelijk sociale sferen moeten betrokken worden; er moet praktisch gekeken worden om gelijkheid met andere talen te bereiken. Het redden van de taal gaat dus om het keren van het tij met het verlies van domeinen. Verschillende groepen van mensen moeten betrokken worden in de redding; het vereist een openheid, een bereidheid om het te delen met elkaar en te koesteren in alle aspecten van ons moderne menselijke bestaan. Iedereen kan bijdragen aan de overdracht en het voorbestaan van de taal door het op alle mogelijke plekken en manieren te gebruiken. Ons blog is een voorbeeld van hoe het kan; het is bedoeld om mensen te laten zien dat hun taal een wetenschapstaal en internettaal kan zijn en dit spreekt hun hopelijk moed in die ze nodig hebben om de taal weer volop te gebruiken zoals vroeger en ook nieuwe toepassingen te vinden die er vroeger nog niet waren. Het is een herstel van het oude en aanpassing aan het nieuwe; het is het evenwicht tussen traditioneel en modern, waardoor de eigenheid niet verloren gaat en geluk en vreugde bereikt kunnen worden. Talen redden van de ondergang brengt vreugde en geluk, omdat het een menslievend ondernemen is. Wij geloven oprecht dat de mens terugkrijgt wat hijzelf geeft; zo werkt nu eenmaal het lot, waar het bij de levensboom om gaat.
Misschien is het pure Simpelvelds dialect ook interessant om te leren kennen.
LikeLiked by 2 people
Dat is zeer zeker interessant, ben jij een spreker van het Simpelvelds of ken jij vloeiende sprekers ervan? Zullen we mailen hierover?
LikeLike
Misschien is het pure Simpelvelds dialect ook interessant om te leren kennen.,
Mijn man spreekt Simpelvelds. Het dialect van voor 1970. Niet of nauwelijks vermengd met andere dialecten, wat met de meeste Limburgers wel vaak het geval is.
LikeLiked by 1 person
Ik ben nieuwsgierig en heb zeker vragen over het Simpelvelds. Als jullie in contact willen komen met mij, mail me dan gerust: polyglotstudy@gmail.com
Dan kunnen we het een en ander bespreken over het Simpelvelds. Ik wil er graag meer over weten.
LikeLike